Alleen de beste motorcrossers halen het wereldkampioenschapsniveau en slechts een klein aantal van hen wint een Grand Prix. Slechts de absolute elite slaagt erin het kampioenschap te behalen, maar slechts één coureur heeft drie GP-overwinningen op één dag behaald. En het zal niemand verbazen dat die man tienvoudig wereldkampioen motorcross Stefan Everts is.
Deze indrukwekkende prestatie, zelfs naar de eigen maatstaven van de Belg, werd geleverd op het Ernée-circuit in Frankrijk tijdens de finale van het FIM Wereldkampioenschap Motorcross in 2003, waar Everts beslag legde op de overwinning in de 125 cc-, MXGP- en 650 cc-klasse.
Al voor die dag had Everts zich gevestigd als de meest succesvolle motorcrosser aller tijden, met zeven wereldtitels en 69 GP-overwinningen - meer dan al zijn voorgangers.
Toen Stefan zich in 1989 op 17-jarige leeftijd meldde op het wereldpodium, was al hij vaak onderwerp van gesprek door de successen van zijn vader, de viervoudige wereldkampioen Harry Everts. Slechts twee jaar na zijn debuut was Everts al een 125 cc-titelwinnaar en werd daarmee de op dat moment jongste wereldkampioen ooit.
Na de overstap naar de 250 cc-klasse volgden er meer kampioensuccessen. De titels van 1995, 1996 en 1997 gingen allemaal naar Everts, en hij hielp Team België aan drie overwinningen in de Motocross of Nations in 1995 (Sverepec, Slowakije), 1997 (Nismes, België) en 1998 (Foxhills, Verenigd Koninkrijk).
Na twee jaar blessureleed en materieel waarmee hij niet kon meestrijden om de ereplaatsen, verhuisde Everts in 2001 naar Yamaha voor een poging om de 500 cc-titel te behalen. Met zeven GP-overwinningen dat jaar op de Yamaha YZ426F werd hij de eerste en enige rijder ooit die een wereldtitel pakte bij elk van de vier Japanse fabrikanten.
Dat succes werd voortgezet in 2002, toen Everts zijn tweede Wereldkampioenschap Motorcross in de 500 cc-klasse op rij veroverde en nog eens vier GP-overwinningen op zijn naam zette.